Bij een vaginaplastiek worden uw testikels verwijderd. Het verwijderen van de testikels kan leiden tot vermindering van libido. Ook wordt u definitief onvruchtbaar. Klik hier voor meer informatie over vruchtbaarheid(sbehoud).
Bij tucken wordt de penis tussen de benen richting de anus geplaatst en de testikels omhooggeduwd. Dit kan op de plaats worden gehouden met (medische) tape. Het is handig om u te scheren, zodat de tape beter plakt en het minder pijn doet om het te verwijderen. Daarnaast is er speciale onderkleding om de geslachtsdelen op hun plaats te houden. Deze staan bekend als gaffels of dansgordels. Dit is te vinden in theaterwinkels of op het internet.
NB: Tucken kan de kwaliteit van het zaad verslechteren. Wenst u (in de toekomst) zaadcellen in te vriezen? Dan adviseren wij u zo min mogelijk -het liefst helemaal niet- te tucken.
Voor een veilige operatie en het beste resultaat is het o.a. belangrijk dat u niet rookt en een gezond gewicht heeft (BMI-waarde > 18 en ≤ 30). Daarnaast moeten uw testosteronwaarden voldoende zijn gedaald en is het belangrijk dat het genitale gebied permanent is onthaard.
Alle voorwaarden en verdere toelichting staat op onderstaande pagina. Op deze pagina vindt u ook informatie over dingen die u alvast kunt aanschaffen ter voorbereiding op de (periode na) de operatie, zoals een dilatatieset.
Vaginaplastiek: voorbereiding operatie
De operatie duurt, afhankelijk van de techniek, 3 tot 5 uur. Er zijn drie operatietechnieken:
- Penisinversie vaginaplastiek
- Vaginaplastiek met huidtransplantaat
- Darmvaginaplastiek
Meer informatie over de operatie en operatietechnieken vindt u op onderstaande pagina:
Vaginaplastiek: de operatie
Tijdens of na de behandeling kunnen er onbedoelde medische problemen (‘complicaties’) ontstaan, ook al is de operatie op de juiste manier uitgevoerd. Complicaties zijn bijvoorbeeld een nabloeding, afstervend weefsel en plasproblemen. Op onderstaande pagina staan alle complicaties beschreven.
Vagina- en vulvaplastiek: complicaties
Algemene informatie opname, verblijf en faciliteiten
Wordt u opgenomen in Amsterdam UMC, locatie VUmc? Alle algemene informatie over de opname, het verblijf en faciliteiten vindt u hier.
Wordt u opgenomen in een andere kliniek? Dan kunt u deze informatie opvragen bij de betreffende kliniek. Daar kunt u ook informatie krijgen over eventuele overnachtingsmogelijkheden voor uw partner (of ouders). Betreft het een kliniek in de directe omgeving van locatie VUmc, dan kunnen uw naasten tegen een kleine vergoeding gebruik maken van het gastenverblijf van Amsterdam UMC.
Dag van opname
Een dag voor de operatie wordt u opgenomen in het ziekenhuis. U krijgt informatie over de opname en er wordt bloed geprikt. De plastisch chirurg komt bij u langs en u krijgt een injectie met bloedverdunners, ter voorkoming van trombose (bloedpropje). Deze krijgt u gedurende de opname iedere dag.
Darmvaginaplastiek? Vloeibaar dieet!
Voor een darmvaginaplastiek heeft u vanaf het moment van opname een streng vloeibaar dieet: u mag alleen dingen drinken waar u doorheen kunt kijken zoals thee, koffie zonder melk (suiker mag wel), limonade, heldere drinkbouillon zonder stukjes. Kauwgom mag wel, maar vooral niet doorslikken! Drop of zuurtjes mogen niet.
Tevens start u na aankomst op de afdeling met het drinken van een laxerende vloeistof (laxantia).
Dag van de operatie
U mag de avond voor de operatie na 24.00 uur niets meer eten of drinken, tenzij u andere instructies heeft gekregen. Tot 6 uur voor de operatie mag u nog wel een slokje water drinken.
U mag u geen ondergoed of sokken aanhouden onder de operatiejas. Sieraden, piercings en gebitsprothesen/gebitsplaatjes moet u uitdoen en een eventueel haarwerk moet af.
De dagen na de operatie (in het ziekenhuis)
Na de operatie moet u één dag in bed blijven liggen. U mag wel rechtop zitten en op uw zij liggen met een kussen tussen de benen. Lichamelijke verzorging doet u op bed; de verpleegkundige kan u daarbij helpen. Uw bloed wordt geprikt. Uw wond wordt vanaf nu tweemaal per dag door de verpleegkundige gespoeld.
Twee tot drie dagen na de operatie mag u beginnen met bewegen: u kunt naar het toilet gaan en proberen te douchen. Heeft u wonddrain(s)? Dan wordt bekeken of ze verwijderd kunnen worden. Na vier dagen kunt u proberen om uw dagelijkse verzorging en de verzorging van de wond zelfstandig te doen. Na vijf dagen wordt de urinekatheter verwijderd en ook eventueel de ingebrachte tampon. Vervolgens wordt met een speculum ('eendenbek') in de vagina gekeken.
Na het verwijderen van de katheter moet u goed kunnen plassen. Daarom wordt uw blaas gescand om te kijken of de blaas goed is geleegd. Als het niet lukt om de blaas (voldoende) te legen, dan wordt de katheter teruggeplaatst. Na ongeveer twee weken wordt de katheter dan alsnog verwijderd.
Heeft u een penisinversie-vaginaplastiek gehad? Dan krijgt u uitleg over het open houden (dilateren) en inwendig spoelen van de nieuwe vagina.
Heeft u een darmvaginaplastiek ondergaan, dan krijgt u uitleg over het spoelen. Uitleg over dilateren krijgt u tijdens uw eerste controle op de polikliniek.
Vaginaplastiek: adviezen dilateren en spoelen
Bij ontslag
Zodra u het spoelen en het dilateren van de vagina goed kunt uitvoeren en goed kunt plassen, mag u in principe naar huis. De arts zal dit aangeven.
Ongeveer twee à drie weken na de operatie heeft u een afspraak voor controle bij een arts of physician assistant, en bij de bekkenfysiotherapeut.
U krijgt materiaal mee voor het inwendig spoelen van de vagina. Zo nodig krijgt u recepten mee voor medicijnen. U kunt uw medicijnen direct ophalen in de apotheek van Amsterdam UMC, locatie VUmc. Deze bevindt zich in de hal van de polikliniek. Bent u elders geopereerd, dan haalt u de medicijnen bij uw eigen apotheek.
Na een vaginaplastiek heeft de vagina veel aandacht en verzorging nodig. Ook zult u nog pijn en ongemakken ervaren.
Op onderstaande pagina staat uitgebreid beschreven wat ik u kunt verwachten na een vaginaplastiek operatie. U vindt er informatie over de wond, douchen en sporten, plassen en ontlasten, en over seksualiteit.
Vagina- en vulvaplastiek: nazorg
Daarnaast is het belangrijk dat u de vagina dilateert en spoelt. Informatie over hoe u moet dilateren en spoelen vindt u op onderstaande pagina:
Vaginaplastiek: adviezen dilateren en spoelen
Eindresultaat
Pas na een half jaar is het eindresultaat zichtbaar. Volledige genezing kost tijd. De zwelling en verkleuringen trekken langzaam weg. De vagina vormt zich na de operatie op natuurlijke wijze en past zich aan naar uw lichaamsbouw. Zo bepaalt bijvoorbeeld de kleur van de balzak en de hoeveelheid vetweefsel hoe de vagina eruit komt te zien.
Ook de aanmaak van littekenweefsel verschilt per persoon, huidtype en operatietechniek. Iedereen en iedere huid geneest op zijn eigen manier. Bij mensen met overgewicht en mensen die roken genezen littekens minder fraai dan bij gezonde niet-rokers. Mogelijk kan minimaal een jaar na de operatie het litteken gecorrigeerd worden.
Al met al pakt het eindresultaat bij iedereen weer anders uit; u kunt dus vooraf geen verzoek doen over het uiterlijk van uw vagina.
Een goed resultaat is ook afhankelijk van uw eigen inzet. Samen bereiken we het best haalbare resultaat. Goede controle over uw bekkenbodemspieren is noodzakelijk, zodat plassen, ontlasten, dilateren en seksuele ervaringen beter zullen verlopen. Bovendien bevordert een goed ontspannen bekkenbodem de wondgenezing in het operatiegebied.
Secundaire correcties
Bent u na de operatie nog niet geheel tevreden met het uiterlijk of de functie van de vulva? Bespreekt u dat dan met uw plastisch chirurg. Deze kan u vertellen of een eventuele ingreep tot verbeteringen kan leiden. Voorbeelden van secundaire correcties zijn een verkleining van de binnenste schaamlippen, een correctie van de clitoriskap, het verwijderen van grote littekens, verwijderen van een restant van het zwellichaam en een correctie aan de plasbuis.
Secundaire correcties worden in principe niet binnen 6 maanden na de eerste operatie uitgevoerd. Sommige correcties kunnen onder lokale verdoving worden uitgevoerd, voor andere correcties is een operatie onder narcose nodig.
Als u na ontslag vragen heeft die te maken hebben met uw operatie, kunt u bellen met de polikliniek plastische chirurgie (overdag) of het centrale nummer van locatie VUmc: 020 - 444 44 44. De telefonist kan dan contact leggen met de physician assistant of dienstdoende plastisch chirurg.
Kennis- en Zorgcentrum Genderdysforie
Telefoon: 020 - 444 05 42 (op werkdagen van 09.00-12.00 en 13.00-16.00)
Fax: 020-444 52 54
E-mail: genderteam-poli@amsterdamumc.nl
Plastische, reconstructieve en handchirurgie
Telefoon polikliniek: 020-444 98 00 (werkdagen 08.30-12.15 en 12.45-16.30)
Telefoon opnameplanning gender: 020-444 23 10 (werkdagen 09.00-10.30)
Bent u bij ons in behandeling dan kunt u ook een bericht sturen via het patiëntenportaal Mijn Dossier.