Deze tekst informeert u over het doneren van sperma bij het Fertiliteitslaboratorium van het Centrum voor Voortplantingsgeneeskunde van Amsterdam UMC, locatie AMC. Hoe wordt u donor en wat betekent het in de praktijk?

Waarom donorsperma?

In Nederland zijn veel mensen met een onvervulde kinderwens. Dit zijn bijvoorbeeld paren waarbij de man geen zaadcellen heeft, maar ook alleenstaande of lesbische vrouwen. Deze "wensouders" ervaren hun kinderloosheid als een groot gemis in hun verder vaak gelukkige leven. Dit kan veel emotionele stress veroorzaken. Donorsperma kan wensouders de mogelijkheid bieden om alsnog een gezin te stichten.

Behoefte aan spermadonoren

Er is een toenemende vraag naar donorsperma. Per donor is het maximaal aantal gezinnen, waarbij één of meerdere kinderen verwekt worden, beperkt tot 12. Daarom is het belangrijk dat er voldoende donoren zijn die bereid zijn hun sperma af te staan.

Wie kunnen sperma doneren?

Mannen die spermadonor zijn doen dit vanuit een onzelfzuchtig oogpunt. Het zijn lichamelijk en geestelijk gezonde mannen in de leeftijd van 18 - 45 jaar, met een goede spermakwaliteit. Het sperma dat wordt gedoneerd, wordt ingevroren. Hiermee wordt een voorraad opgebouwd, die voldoende is voor het bewerkstelligen van zwangerschappen bij het maximaal toegestane aantal wensouders. Spermadonoren zijn bereid om voor een periode van 1 tot 2 jaar op regelmatige basis sperma te doneren en zich te laten testen op seksueel overdraagbare aandoeningen, zoals HIV en Hepatitis. Zij hebben bovendien geen verhoogd risico op het krijgen van deze ziekten.

Spermadonorschap en anonimiteit

Spermadonoren zijn niet de wettelijke of sociale vader van het kind dat ontstaat uit behandelingen met het door hun gedoneerde sperma. Er bestaat geen familierechtelijke band. Sinds 1 juni 2004 is echter wel in de Nederlandse wet “Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting” vastgelegd dat kinderen het recht hebben om te weten van wie ze afstammen.

Aan spermadonoren wordt gevraagd een zogenaamd donorpaspoort in te vullen. In dit paspoort staan identificerende en sociale gegevens, uiterlijke kenmerken, karaktereigenschappen en hobby’s van de donor.

Zodra er uit een behandeling met donorsperma een zwangerschap is ontstaan, worden zowel de moeder als de donor aangemeld bij de Stichting Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting (SDKB) van het ministerie van VWS en worden alle gegevens uit het donorpaspoort doorgegeven. De SDKB verstrekt vanaf de geboorte van het kind de uiterlijke en sociale donorgegevens aan de ouders van het kind die daarom vragen en vanaf de leeftijd van 12 jaar ook aan het kind zelf als het dit wil. Hiermee kan voor een deel antwoord worden gegeven op eventuele afstammingsvragen. Vanaf de leeftijd van 16 jaar kan het kind persoonsidentificerende gegevens van de donor opvragen. Deze gegevens zijn alleen door het kind op te vragen en niet door de ouders. Indien het kind contact wenst, wordt de donor hierover geïnformeerd door de SDKB. Daarna worden zijn gegevens en die van het kind verstrekt aan het FIOM. Deze organisatie begeleidt het contact tussen het kind en de donor. De SDKB verstrekt zo nodig ook medische gegevens op aanvraag van huisartsen.

Op de website van de Stichting Donorgegevens Kunstmatige Bevruchting, www.donorgegevens.nl, kunt u meer informatie vinden over hoe de SDKB met donorgegevens omgaat.

Vragenlijst

Bij uw aanmelding (zie ‘Aanmelden’) ontvangen wij van u de volledig ingevulde ‘Vragenlijst spermabankdonor’. Deze vragenlijst bevat vragen over uw sociale omstandigheden, uiterlijk, algemene gezondheid en medische voorgeschiedenis, gebruik van medicatie, dragerschap en erfelijke of aangeboren afwijkingen in uw familie, lifestyle, patiëntveiligheid en motivatie.

Aan de hand van de door u verstrekte informatie vindt een eerste screening plaats door een arts of gespecialiseerd verpleegkundige van het Centrum voor Voortplantingsgeneeskunde. Binnen twee weken nadat wij uw ingevulde vragenlijst hebben ontvangen nemen wij telefonisch contact met u op om u te laten weten dat we u uitnodigen voor het vervolgen van de intake, dat we u niet kunnen uitnodigen voor verdere intake, of dat er nog aanvullende vragen zijn. Hier krijgt u uitleg over tijdens de telefonische afspraak.

Eerste bezoek aan het Fertiliteitslaboratorium

Wanneer u uitgenodigd wordt voor het vervolgen van de intake, krijgt u een afspraak bij het Fertiliteitslaboratorium. Tijdens dit eerste bezoek vinden de volgende activiteiten plaats:

  1. U maakt uw inschrijving compleet bij de centrale inschrijfbalie van Amsterdam UMC, locatie AMC (polikliniekgebouw begane grond, A0). Hiervoor dient u uw legitimatie mee te nemen. Wij vragen u om na het inschrijven ‘Mijn Dossier’ te activeren. Mijn Dossier is een veilige, digitale omgeving waarin u uw medisch dossier, afspraken en uitslagen kunt bekijken. Ook kunt u via Mijn Dossier bijvoorbeeld berichten sturen naar een afdeling of zorgverlener. Kijk voor meer informatie op de website https://mijndossier.amsterdamumc.nl/.
  2. U krijgt een intakegesprek met een medewerker van het Fertiliteitslaboratorium. In dit gesprek maken we persoonlijk kennis met u en geven we algemene informatie over het intake traject en het traject dat volgt wanneer u aangenomen wordt als donor.
  3. U produceert sperma dat vervolgens door ons wordt ingevroren, zodat we kunnen kijken of de kwaliteit voldoende is om spermadonor te worden. Er is bij het Fertiliteitslaboratorium een speciale ruimte om sperma te produceren. De kwaliteit van het sperma is het beste als u twee tot zeven dagen seksuele onthouding hebt gehad.

U kunt enkele dagen later bellen om te horen of de kwaliteit van het sperma geschikt is voor donorschap.

Afspraak met een arts van Klinische Genetica en met een counselor

Als de kwaliteit van uw sperma geschikt is, kunt u een afspraak krijgen met één van onze counselors. De counselor bespreekt met u o.a. uw motivatie om spermadonor te worden, de consequenties van het donorschap voor uzelf (en eventueel uw partner en gezin), ervaringen van wensouders en spermadonoren en de behoeften van donorkinderen om in contact te komen met de donor. Doel van dit gesprek is dat zowel de counselor als uzelf een weloverwogen beslissing kunnen maken of u spermadonor kunt en wilt worden.

Ook maken wij voor u een afspraak voor een gesprek met een arts van de afdeling Klinische Genetica. Het doel van dit gesprek is te achterhalen of er ernstige, erfelijke aandoeningen in uw familie voorkomen. Als dat zo is dan kunt u geen spermadonor worden. Wij nemen contact met u op zodra de uitslag van Klinische Genetica bekend is. Het kan zijn dat Klinische Genetica meer informatie van u of uw familieleden nodig heeft. In dat geval duurt het langer voordat bekend wordt of u verder kunt met het intaketraject.

Tweede bezoek aan het Fertiliteitslaboratorium

Als Klinische genetica en de counselor akkoord gaan met uw verzoek om donorschap en u wilt hier ook zelf mee verder gaan, volgt een tweede bezoek aan het Fertiliteitslaboratorium. Bij dit bezoek:

  1. produceert u voor de tweede keer sperma voor invriezen;
  2. levert u urine in voor onderzoek op chlamydia en gonorroe;
  3. gaat u naar de afdeling bloedafname, waar bloed wordt afgenomen voor onderzoek op HIV, HTLV, Hepatitis B en C, lues en CMV;

Zodra de bloed- en urine uitslagen bekend zijn, hoort u of u bent aangenomen als spermadonor. De hele intakeprocedure duurt ongeveer twee tot drie maanden.

Hoe lang blijft u sperma doneren?

We vragen donoren 1 tot 2 jaar te doneren, wat neerkomt op 50 tot 100 donaties. De meeste donoren komen wekelijks of om de week langs om te doneren. Doneren is mogelijk op werkdagen tussen 8:30 en 15:30 uur. U kunt zelf aangeven op welke dagen en op welk tijdstip u langs wilt komen.

Bij elke donatie wordt u verzocht om maximaal 1 dag van tevoren via Mijn Dossier een korte digitale vragenlijst in te vullen. Vanwege de veiligheid voor donorkinderen en acceptrices, zijn wij verplicht om u bij elk bezoek vragen te stellen over mogelijk risicovol gedrag en contra-indicaties voor spermadonatie. Indien u op één van de vragen ‘ja’ antwoordt, kan het zijn dat wij u toelichtende vragen stellen tijdens de afspraak.

In de periode dat u sperma doneert wordt er regelmatig bloed- en urineonderzoek uitgevoerd. Bloedonderzoek wordt uitgevoerd bij als onderdeel van de intake, daarna nog één- of tweemaal. Urineonderzoek wordt elke 3 maanden uitgevoerd.

Gebruik van donorsperma voor inseminaties

Als de eerste ingevroren donaties vrijkomen voor gebruik, krijgt u een gesprek bij een klinisch embryoloog. U tekent een overeenkomst, waarin u afstand doet van uw ingevroren sperma en akkoord gaat met registratie bij de SDKB. Ook wordt vastgelegd voor hoeveel gezinnen uw donorsperma gebruikt mag gaan worden, met een minimum van 3 en een maximum van 12. U levert het ingevulde donorpaspoort in. Tenslotte krijgt u de mogelijkheid om een wilsbeschikking te tekenen, waarin u aangeeft of er wel óf niet gebruik mag worden gemaakt van uw ingevroren sperma na uw overlijden. Sperma van overleden donoren wordt nooit gebruikt voor nieuwe gezinnen, maar wel (indien u daarvoor heeft getekend en de wensouder(s) daarmee akkoord zijn) voor 2e of 3e kinderen in gezinnen die reeds een kind hebben gekregen van uw donorsperma.

Na het tekenen van de overeenkomst, kan het sperma gebruikt worden voor inseminaties. Dit is ongeveer 10 maanden na de eerste donatie.

Na het laatste bezoek

Wij informeren u zodra wij voldoende sperma van u hebben ingevroren en opgeslagen. U mag zelf ook altijd vragen of er al voldoende donaties zijn verzameld.

Tijdens uw laatste bezoek krijgt u een afsluitend gesprek met een klinisch embryoloog over uw ervaringen als donor en uw verwachtingen voor de toekomst.

U kunt altijd contact met ons opnemen om te vragen of het sperma al is gebruikt en of er kinderen zijn geboren. Het Fertiliteitslaboratorium houdt u hier niet actief van op de hoogte. De SDKB neemt contact met u op tegen de tijd dat een kind contact met u zoekt.

Er kunnen speciale situaties zijn, waarin wij contact met u willen opnemen, bijvoorbeeld als er aanleiding is om extra genetisch onderzoek te doen. Daarom is het belangrijk dat u ons op de hoogte houdt van adreswijzigingen. U kunt dit ook zelf aanpassen via ‘Mijn Dossier’.

Vergoeding

Het is in Nederland niet geoorloofd om te betalen voor spermadonaties. Wel krijgt u (indien u bent goedgekeurd als spermadonor) een onkostenvergoeding voor ieder bezoek aan het Fertiliteitslaboratorium.

Aanmelden

Bent u geïnteresseerd in het donorschap dan kunt u zich aanmelden bij het Fertiliteitslaboratorium van het Centrum voor Voortplantingsgeneeskunde van Amsterdam UMC, locatie AMC. U kunt hiervoor het aanmeldingsformulier invullen op www.amc.nl/cvv (via de link ‘Eicel- of spermadonor worden’), bellen (telefoon: 020-5663090 tijdens werkdagen van 8:30-16:00) of een e-mail sturen naar fertlab@amc.nl.

Met uw gegevens zorgen wij voor een voorlopige inschrijving in Amsterdam UMC, locatie AMC.

Voordat we de eerste afspraak met u maken, vragen we u om de ‘vragenlijst spermabankdonor’ zo volledig mogelijk in te vullen en aan ons op te sturen (zie onderstaand adres). Deze vragenlijst vindt u op www.amc.nl/cvv onder het tabblad ‘invuldocumenten’.

Bereikbaarheid

Het Fertiliteitslaboratorium ligt in het polikliniekgebouw (bouwdeel Q) op de vierde verdieping. U kunt zich direct melden bij de balie van het Fertiliteitslaboratorium.

Ons adres is:

Amsterdam UMC, locatie AMC

Centrum voor Voortplantingsgeneeskunde

Fertiliteitslaboratorium, Q4-177

Meibergdreef 9

1105 AZ Amsterdam