Bij het Laboratorium Immunologie kunt u bepalingen voor de immunologische diagnostiek aanvragen.
Laboratoriumonderzoek wordt verricht voor de diagnostiek en de follow-up van ziekten waarbij het afweersysteem een centrale rol speelt. Dit zijn ziekten waarbij er een over-reactiviteit is van het immuunsysteem (auto-immuunziekten, allergieën) of waarbij het afweersysteem tekort schiet (immuundeficiënties, kanker, trauma). Het onderzoek wordt meestal uitgevoerd op serum of cellen verkregen uit bloed.
Over-reactiviteit van het immuunsysteem tegen het eigen lichaam (auto-immuniteit) kan vele organen aantasten en gaat vaak gepaard met de ontwikkeling van (weefselspecifieke) antistoffen. Deze antistoffen worden biochemisch (m.b.v. ELISA/FEIA) of middels weefselonderzoek (immunofluorescentie microscopie) in het serum aangetoond.
Uitgebreide diagnostiek wordt gedaan in het kader van coeliakie, ook voor andere ziekenhuizen. Er worden niet alleen autoantistoffen tegen endomysium en tissue-transglutaminase bepaald, maar ook, in het kader van gluten ataxie, antistoffen tegen natief gliadine. Bovendien worden HLA-DQ typeringen gedaan en typering van lymfocyten in duodenum biopten, alle in het kader van de diagnostiek van (gecompliceerde) coeliakie. Daarnaast worden antistoffen tegen enterocyten bepaald bij verdenking auto-immuunenteropathie (AIE), evenals coeliakie een enteropathie die gepaard gaat met vlokatrofie.
Hyporeactiviteit van het immuunsysteem is een belangrijke oorzaak van recidiverende infecties. Immuundeficiënties zijn aangeboren of ontstaan op latere leeftijd door bijvoorbeeld infecties (HIV), trauma, medicijngebruik of kanker. Afhankelijk van de vraagstelling wordt middels flowcytometrie een eenvoudige lymfocyten typering (aantallen CD4+ T-cellen, CD8+ T cellen, B cellen, en NK cellen); dan wel een uitgebreide lymfocyten typering (CD4+ en CD8+ T cel subsets zoals naïeve, memory T-cellen en recent thymic emigrants (RTE) en B-cel subsets: zoals naïeve, memory en switched memory B-cellen (smB)) verricht. Daarnaast worden deze subsets regelmatig in kaart gebracht in het kader van immunomonitoring tijdens (kanker) immunotherapie en na vaccinaties.
In een volgende stap van onderzoek meten we middels proliferatietesten en evt. cytokine productietesten het functioneren van CD4 en CD8 T- en B lymfocyten. Als er sprake is van recidiverende, heftige en ongebruikelijke infecties verrichten we, aanvullend ter diagnostisering, functietesten van granulocyten (chemotaxie en fagocytose). Zie bij verdenking van immuundeficiënties ook het diagnostiekschema op de website van het Centrum voor Immuundeficiënties Amsterdam (CIDA), www.cida.nl.
Een overzicht van testinformatie inclusief instructies voor afname, verzending, klinische indicatie en test specifieke informatie is te vinden in het Vademecum Medische Immunologie en Vademecum Medische Immunologie-verzendbepalingen.
De bepalingen zijn als volgt ingedeeld:
- Autoantistoffensysteemziekten
- Autoantistoffen, orgaanspecifiek
- Allergiebepalingen
- Overige serologie
- HLA-typering
- Lymfocytentypering
- Functie-onderzoek
Voor aanvragen vanuit externe laboratoria kan gebruik worden gemaakt van het aanvraagformulier voor externe aanvragers.
Contactpersonen
Martine Reijm, senior hoofdanalist,
020 - 444 4861
m.reijm@amsterdamumc.nl
Dr. H.J. Bontkes, medisch immunoloog,
020 - 444 4436 / 06 - 2702 3726
hj.bontkes@amsterdamumc.nl
Algemene openingstijden
Maandag t/m vrijdag van 8.30 - 17.00 uur.
In geval van cito aanvragen graag contact op te nemen met Mw. dr. H.J. Bontkes, tel. 020-44 44436 / 06 – 27023726.