Uw kind is patiënt bij de afdeling Kinderurologie van Amsterdam UMC, locatie VUmc. Amsterdam UMC is een universitair medisch centrum waar medisch specialisten worden opgeleid. Zij doen zelfstandig spreekuren en assisteren bij operaties. Daarom kan het gebeuren dat u een afspraak heeft bij uw kinderuroloog en een andere dokter aantreft. Hij of zij werkt zelfstandig, maar altijd onder verantwoordelijkheid van uw kinderuroloog. Spreekt u liever uw eigen kinderuroloog, geef dit dan aan als u een afspraak maakt. Wij proberen met uw wens rekening te houden.
Verkeerd plasgedrag
Uw kind wordt behandeld voor verkeerd plasgedrag. Verkeerd plasgedrag kan gepaard gaan met urine-infecties, urineverlies of met roodheid en een branderig gevoel rond het plasgaatje.
Het onderzoek
De kinderuroloog onderzoekt eerst of het verkeerd plasgedrag komt door afwijkingen aan de nieren of de blaas. Dit gebeurt door het maken van een echografie en in sommige gevallen door een röntgenfoto van de buik. Daarnaast wordt de stroomsnelheid van de plasstraal gemeten via een computer. De onderzoeken gebeuren poliklinisch.
U wordt gevraagd een dagboek bij te houden over het drink- en plasgedrag van uw kind. Meestal krijgt uw kind het plasdagboek mee naar huis. Een gespecialiseerd kinderverpleegkundige legt vooraf uit hoe deze lijst kan worden bijgehouden. In sommige gevallen krijgen u en uw kind ook een vragenlijst mee met het verzoek dit los van elkaar in te vullen.
De behandeling
Als er geen afwijkingen zijn gevonden aan de nieren, urineleiders of de blaas, dan krijgt uw kind een training in goed plasgedrag. Thuis gaan u en uw kind hiermee aan de slag. De uitleg van deze training gebeurt op de polikliniek.
De belangrijkste instructies zijn:
- voldoende drinken (wat voldoende is hangt af van de leeftijd en de lengte van uw kind);
- regelmatig plassen bij normaal drinkgedrag, dat wil zeggen elke 3 uur een toiletbezoek;
- een goede plashouding op het toilet; zittend met een rechte rug, eventueel een bankje onder de voeten en de knieën een beetje uit elkaar.
- de tijd nemen om te plassen, 2 à 3 minuten op het toilet zitten.
Het kan zijn dat de training geen effect heeft en uw kind verkeerd plasgedrag blijft houden. In dat geval krijgt u een verwijzing naar een gespecialiseerde kinderfysiotherapeut bij u in de buurt. Soms is er ook extra begeleiding nodig door een gespecialiseerd kinderverpleegkundige van locatie VUmc.
Verkeerd ontlastingsgedrag
Sommige kinderen hebben naast een verkeerd plasgedrag ook een verkeerd ontlastingsgedrag. Deze kinderen houden de ontlasting vast (obstipatie). De darmen zetten daardoor uit en dit heeft een slechte invloed op de blaas. In dat geval krijgt uw kind een laxeermiddel. Daarna kan het, om obstipatie te voorkomen, helpen uw kind na het avondeten tien minuten op het toilet te zetten met bijvoorbeeld een boekje of muziek.
Heeft u nog vragen?
U kunt via Mijn Dossier uw afspraken inzien en wijzigen, uw uitslagen inzien of een vraag stellen aan uw zorgverlener. Heeft u na vijf werkdagen nog geen reactie ontvangen, heeft u een dringende vraag of wilt u liever iemand telefonisch spreken? Belt u dan de polikliniek Urologie.
- Voor medisch inhoudelijke vragen aan de verpleegkundige belt u (020) 444 1103, optie 1. Om u beter van dienst te zijn krijgt u een terugbelverzoek tijdens het telefonisch spreekuur, deze is geopend op werkdagen tussen half 9 en half 10 in de ochtend en van 1 tot 2 uur in de middag. Kan uw vraag niet wachten tot het eerstvolgende telefonisch spreekuur, kiest u dan voor de optie spoed.
- Voor vragen over uw afspraak belt u (020) 444 1103, optie 2.
Wij zijn geopend op werkdagen van 9 uur in de ochtend tot 4 uur in de middag. - Voor spoedeisende zaken buiten kantooruren belt u het algemene nummer van het ziekenhuis, (020) 444 4444, en vraagt u naar de dienstdoende uroloog.
Daarnaast kunt u voor informatie terecht op onze website: www.vumc.nl/urologie
Tot slot
Deze folder bevat algemene informatie. Het is bedoeld als extra informatie naast het
gesprek met uw behandelend arts.