In deze folder wordt beschreven wat een vena spermatica-angiografie met embolisatie (coiling) inhoudt.
De informatie in deze folder is algemeen van aard. Dat wil zeggen dat het onderzoek beschreven wordt zoals het meestal verloopt. Het onderzoek en eventuele behandeling wordt uitgevoerd door een interventieradioloog. Het kan zijn dat de interventieradioloog een andere methode kiest die beter aansluit bij uw situatie.
Wat is een vena spermatica-angiografie met embolisatie?
Bij u is de ader die het bloed afvoert van een teelbal te wijd. Er is sprake van een "spatader" van
de teelbal; dit wordt ook wel "varicocèle" genoemd. Een varicocèle kan de vruchtbaarheid verminderen doordat het warme bloed rondom de teelbal blijft staan. Ook kan een varicocèle pijn en een zwaar gevoel in de balzak veroorzaken. Doel van het onderzoek en behandeling is de klachten te verhelpen door de afwijkende ader(s) af te sluiten (te emboliseren; ook wel coilen genoemd).
Voorbereiding op de behandeling
- U mag drie uur voor de behandeling niet meer eten en drinken (nuchter zijn). Ook mag u niet meer roken. Heeft u de afspraak in de ochtend, dan mag u een licht ontbijt gebruikten, dat wil zeggen: thee met een beschuit (zonder boter of beleg). Bij eenafspraak in de middag mag u een licht ontbijt en een lichte lunch gebruiken: bijvoorbeeld soep of vla.
- U kunt uw gebruikelijke medicijnen op de normale manier innemen. Indien u echter bloedverdunnende medicijnen gebruikt, dan moet u dit melden bij uw behandelend arts. In sommige gevallen moeten de bloedverdunnende middelen een aantal dagen gestaakt worden of wordt voor een ander middel of andere dosering gekozen. Overleg dit met uw behandelend arts. Weet u niet zeker of u bloedverdunnende medicatie gebruikt, neemt u dan contact op met uw arts.
- Laat uw sieraden thuis, dit in verband met de hygiëne-eisen op het OK complex.
Jodiumhoudend contrastvloeistof
Tijdens de behandeling wordt gebruikt gemaakt van een jodiumhoudende contrastvloeistof. Het betreft een veilig middel, waarbij slechts zelden bijwerkingen worden gezien. Bij sommige patiënten kan een tijdelijke of blijvende verslechtering van de werking van de nieren voorkomen. Indien u hierop een verhoogd risico heeft, zal uw aanvrager u hierover informeren en u, eventueel doorverwijzen naar een nefroloog (een specialist op het gebied van nieren).
Als u, na een eerder onderzoek met contrasttoediening, een allergische reactie heeft gehad waarvoor behandeling noodzakelijk was, zult u voorafgaand aan het onderzoek medicijnen moeten innemen. Hiervoor krijgt u een recept van uw behandelend arts. Mocht bij het maken van de afspraak bovenstaande niet met u besproken zijn, dan moet u contact opnemen met uw behandelend arts.
Jodium en schildklieraandoeningen
In jodiumhoudende contrastmiddelen is het jodium gebonden aan een andere stof. Er komt ook een geringe hoeveelheid zogenoemd vrij jodium voor in deze contrastmiddelen. Dit is van belang indien u op korte termijn mogelijk behandeld zult worden met radioactief jodium (131J) voor kwaadaardige aandoeningen van de schildklier. Ook diagnostisch onderzoek met dit middel op de afdeling nucleaire geneeskunde zal enige tijd niet mogelijk zijn. Met korte termijn wordt hier bedoeld een periode van een half jaar. Als u weet dat dit zeker of mogelijk zal gebeuren, meldt u dit dan bij uw behandelend specialist, internist of bij de afdeling radiologie en nucleaire geneeskunde. Er kan dan nagegaan worden welke andere mogelijkheden er zijn voor u.
Melden
U dient zich de ochtend van het onderzoek/behandeling te melden op de verpleegafdeling (afdeling kort verblijf: 1B), in de kliniek van locatie VUmc. U krijgt hier ziekenhuiskleding aan en moet alle sieraden afdoen.
Op deze verpleegafdeling wordt voorafgaande aan het onderzoek een waakinfuus aangebracht.
Zorgt u ervoor dat u vóór het onderzoek nog even het toilet bezoekt? Op die manier kunt u een
overvolle blaas tijdens het onderzoek voorkomen. Als u erg nerveus bent, kunt u op de
verpleegafdeling een half uur voor het onderzoek rustgevende medicatie krijgen.
De datum van het angiografieonderzoek en het tijdstip van opname staan vermeld in bijgaande
afspraakbrief.
Het onderzoek
Het onderzoek (angiografie) vindt plaats op de röntgenkamers op het OK-complex: de hybride
angiokamers. Een interventieradioloog (in opleiding) voert het onderzoek uit. Een radiologie-assistent en een radiologisch laborant assisteren de radioloog door middel van het bedienen van de röntgenapparatuur en het steriel aangeven van de benodigde materialen. U komt op een onderzoekstafel in rugligging te liggen, wel ondersteund met een hoofdkussen.
U wordt door de röntgenlaborant op bewakingsapparatuur aangesloten. Na desinfectie van de huid in uw lies wordt u toegedekt met een steriel laken. Onder plaatselijke verdoving prikt de radioloog de liesader aan. Vervolgens wordt in de lies een werksluisje (sheath) aangebracht, waardoor een katheter via de liesader opgeschoven wordt naar het juiste bloedvat: de afvoerader van de teelbal. Als de katheter op zijn plek ligt, wordt contrastvloeistof ingespoten en worden er röntgenopnames gemaakt. De contrastvloeistof veroorzaakt een warm gevoel dat ook snel weer verdwijnt. Hierna wordt de spatader geëmboliseerd. Hiertoe wordt via de katheter het vat dichtgemaakt met een 1 of meerdere coils (spiraaltjes).
Wanneer de spatader naar tevredenheid afgesloten is, is de behandeling klaar. Hierna wordt het
gaatje in de lies met de hand afgedrukt, dit duurt ongeveer 10 minuten en krijgt u een drukverband. Dit drukverband moet enkele uren worden om gehouden.
Duur van het onderzoek
Hoe lang het onderzoek en de behandeling duurt is afhankelijk van diverse factoren. De duur van het onderzoek varieert van 60 minuten tot 90 minuten.
Complicaties
Uw behandelend arts weegt voor de ingreep de kleine kans op complicaties af tegen het voordeel van de behandeling. Het team dat de behandeling uitvoert, heeft zich gespecialiseerd
in het voorkomen en behandelen van bijwerkingen van dergelijke behandelingen.
Het risico op een complicatie wordt kleiner door de juiste voorbereiding te treffen. Dit is de reden dat uw bloed van te voren nog gecontroleerd wordt. Eventueel worden er afspraken gemaakt om bloedverdunnende medicijnen te stoppen.
Complicaties die kunnen voorkomen zijn:
- Bloeduitstorting ter plaatse van de insteekopening. Hoeft zelden behandeld te worden; verdwijnen meestal vanzelf na 1-2 weken.
- Beschadiging van het bloedvat waar de katheter wordt ingebracht.
- Embolisatiemateriaal kan in een ander bloedvat terechtkomen dan het bloedvat dat primair behandeld wordt (uiterst zeldzaam).
Na de behandeling
U gaat met drukverband naar de verpleegafdeling; daar heeft u een uur platte bedrust. Op de
afdeling komt de verpleging langs om het verband te controleren. Als het verband nat wordt, als er een zwelling in de lies ontstaat, of uw voet koud aanvoelt, moet u dit direct melden aan de
verpleging.
Na de bedrust mag u voorzichtig weer in beweging komen (mobiliseren). U mag na de behandeling weer eten en drinken zoals u gewend bent.
Het wordt afgeraden om zelf naar huis te rijden. De eerste twee dagen na het onderzoek is het
verstandig uw activiteiten aan te passen, dat wil zeggen: geen zware dingen tillen en niet sporten.
Voor een snellere uitscheiding van de contrastvloeistof is het belangrijk dat u extra water drinkt.
Het drukverband kunt u zelf, 6 uur na de ingreep, thuis verwijderen.
De uitslag
De radioloog die de behandeling verricht en beoordeelt, brengt verslag uit aan uw behandelend arts.
Vaak kan hij of zij u na de procedure al enige informatie geven over de behandeling.
Informatie
Als u verhinderd bent om op de afspraak te komen, neemt u dan zo spoedig mogelijk contact op met uw behandelend arts.
Bereikbaarheid voor spoedeisende zaken na de behandeling:
Van 08:00 tot 16:30 uur, via de afdeling radiologie en nucleaire geneeskunde, locatie VUmc op nummer (020) 444 4200;
Buiten deze tijden kunt u het algemene nummer van het ziekenhuis bellen, (020) 444 4444 en vragen naar de dienstdoende assistent radiologie.
Voor meer informatie bezoek ook onze afdelingswebsite: Radiologie Amsterdam UMC
Tot slot
Deze folder bevat algemene informatie. Het is bedoeld als extra informatie naast het
gesprek met uw behandelend arts.