Het zachte gehemelte stuurt de lucht via de mondholte tijdens het praten. Als het zachte gehemelte te kort is of niet voldoende kan bewegen, ontsnapt er veel lucht via de neus. Dan ontstaat er open neusspraak, ook wel hypernasaliteit genoemd.Als het spraakresultaat van uw kind onvoldoende is, na langere tijd logopedie, kan een spraakverbeterende operatie worden overwogen. Deze operatie vindt meestal plaats rond de leeftijd van 3 tot 5 jaar. De operatie kan ook nog op latere leeftijd worden uitgevoerd.
Wat voor operaties zijn mogelijk?
Een spraakverbeterende ingreep is bij kinderen met een schisis op meerdere manieren mogelijk. Elke operatie heeft voor- en nadelen. De plastisch chirurg bekijkt samen met de logopediste en KNO arts welke operatie het beste resultaat geeft.
De opties zijn:
- Maken van een gesteelde verbinding tussen de huig en keelwand (pharyngoplastiek).
- De huig langer maken door verplaatsen van weefsel in de huig (Furlow plastiek).
- De huig langer maken door weefsel van de wang gebruikt om de huig te verlengen (Buccale lap).
- Vet in de huig te spuiten (lipofilling).
Welk type operatie er bij uw kind wordt uitgevoerd is afhankelijk van de situatie van uw kind. De plastisch chirurg bespreekt dit met u.
Pharyngoplastiek
In enkele gevallen is er (bijna) geen beweging in de huig of is de afstand tussen huig en achterwand van de keel te groot en is het nodig een verbinding tussen de keelwand en huig te maken. Op die manier maken we van de grote ruimte achter huig, “twee” kleinere ruimtes. Na de operatie moet er met de logopediste geoefend worden om deze “ twee” ruimtes goed af te kunnen sluiten. Vaak is logopedie langer dan 1 jaar nodig na de ingreep. De mate van vooruitgang is moeilijk te voorspellen.
Furlow plastiek
Soms is de ruimte tussen de huig en keelwand redelijk klein en kan door het verplaatsen van weefsel in de huig ook een verlenging worden verkregen van de huig . Deze ingreep is vernoemd naar de bedenker namelijk dr. Furlow en noemen we dan ook de “Furlow plastiek”.
Buccale lab
In andere gevallen is er bij het verlengen van de huig alleen nog onvoldoende lengte in de huig om deze goed tegen de keelwand af te laten sluiten. In die gevallen is het nodig weefsel van de binnenkant van de wang, het zogenaamde “buccale slijmvlies” te gebruiken om gezond weefsel toe te voegen aan het zachte gehemelte. Hiermee wordt de huig dus langer gemaakt door het verplaatsen van weefsel in de huig (zoals bij de Furlow plastiek), maar is er extra verlenging door weefsel vanuit de wang naar de zachte gehemelte te verplaatsen.
Direct na het verplaatsen van weefsel uit de wang is daar een wond, maar na verloop van tijd geneest dit zonder problemen. In enkele gevallen ligt het verplaatsen weefsel brug in de buurt van een kies, en moet deze huidbrug toch door worden genomen om genoeg ruimte te creëren voor het uitkomen van kiezen.
Lipofilling (inspuiten met vet)
Soms is de achterwand van de huig een klein stukje verwijderd van de keelwand en kan door het inspuiten van vet in de huig een verdikking van de huig worden verkregen. Ook kan het vet gebruikt worden om de achterwand van de keel op te hogen. Meestal halen we dit vet uit de buik of een bovenbeen.
Leef- en voedingsadviezen spraakverbeterende operaties (nazorg)
Ademhaling
Het kan gebeuren dat er na de operatie zwelling optreedt in het operatiegebied en dat tijdens het slapen de tong naar achter valt waardoor er ademhalingsproblemen kunnen ontstaan.
Uw kind ligt na de operatie aan de monitor om goed te observeren of er ademhalingsproblemen ontstaan en of er eventueel extra zuurstof gegeven moet worden.
Voeding
- De eerste dag van de operatie mag uw kind een vloeibaar dieet. Uw kind mag alles drinken.
- De tweede dag na de operatie tot veertien dagen na de operatie mag uw kind een zacht dieet. We raden u aan de eerste twee dagen van dit dieet met vla/yoghurt etc. te beginnen.
- Als dit goed gaat, mag uw kind alles eten wat echt zacht is (brood zonder korstjes, aardappelpuree). Het eten moet bijna “babyvoeding” consistent zijn.
Uw kind mag de eerste twee weken na de operatie:
- niet drinken met een rietje
- niets hards (zoals appels, frites, koekjes, toast, vlees) eten
- geen pindakaas
- ijs op een stokje, tenzij u het stokje vasthoudt
Het operatie gebied kan gevoelig zijn na de operatie. Vaak duurt het een dag of twee voor het eten en drinken weer goed op gang komt. Het kan wel twee tot drie weken duren voor uw kind weer eet en drinkt zoals u gewend bent . Als het eten matig gaat, bied dan uw kind meerdere kleine porties aan.
Opnameduur
De opnameduur is ongeveer 2 tot 5 dagen. Als uw kind voldoende eet en drinkt en de pijn goed onder controle is, mag uw kind naar huis. Wanneer uw kind naar huis mag, wordt door de kinderarts en plastisch chirurg samen besloten.