In deze folder krijgt u informatie over ablatie van niertumoren. Wat zijn devoorbereidingen voor deze behandeling, hoe verloopt de behandeling, wat gebeurt er na het onderzoek en kunnen er complicaties optreden?Uw behandeling vindt plaats in Amsterdam UMC, locatie VUmc.

In deze folder leest u algemene informatie. Dat wil zeggen dat de onderzoeken

beschreven zijn zoals ze meestal verlopen. Een interventieradioloog voert het onderzoek uit. Maar het kan zijn dat de interventieradioloog een andere methode kiest die beter aansluit bij uw situatie. Ook de informatie over de risico’s en bijwerkingen zijn algemeen beschreven.

Wat is ablatie ?

Bij ablatie wordt een niertumor korte tijd door één of meerdere naalden bevroren of verhit. Hierdoor sterft de niertumor af. De ablatie van niertumoren wordt uitgevoerd op de afdeling radiologie en nucleaire geneeskunde (RNG). Voor deze behandeling krijgt u algehele narcose. U bent dan in een diepe slaap en merkt niets van de behandeling.

Hoe gaat de opname?

Voor deze behandeling wordt u opgenomen op de verpleegafdeling. Op de verpleegafdeling wordt u volgens bestaande afspraken voorbereid.

Hoe is de voorbereiding op de behandeling en de narcose?

De narcose

Tijdens uw afspraak met de anesthesioloog wordt de narcoseprocedure met u besproken.

Heeft u een pacemaker of ICD?

Wanneer u een pacemaker of ICD heeft moet u dit aan uw behandelend arts melden. Soms moet deze worden aangepast tijdens de ingreep.

Gebruikt u bloedverdunners?

Als u bloedverdunners gebruikt zoals Sintrom, Acenocoumarol, Marcoumar, Ascal of Plavix, moet u tijdig contact opnemen met uw behandelend arts. Deze medicijnen moeten soms tijdelijk gestopt worden. Dit gaat in overleg met uw behandelend arts. Bent u er niet zeker van of u bloedverdunners gebruikt, neemt u dan contact op met uw behandelend arts. In overleg met uw behandelend arts kunt u dit dan bespreken.

Nuchter zijn

Mag u vooraf eten en drinken? Voor deze procedure moet u nuchter zijn. Dat betekent dat u vanaf 12 uur ’s avonds voor het onderzoek niet meer mag eten en drinken. Een slokje water bij het innemen van medicijnen mag wel.

Let erop wanneer het onderzoek op de dag van uw opname gebeurt, u thuis vanaf 12 uur ’s avonds niet meer mag eten en drinken!

Waar moet u zich melden?

U wordt verwacht op de verpleegafdeling zoals in uw afsprakenbrief staat. De verpleegkundige van de afdeling brengt u naar de afdeling radiologie en nucleaire geneeskunde.

Hoe gaat de behandeling?

De behandeling vindt plaats bij de afdeling radiologie en nucleaire geneeskunde in de ruimte waar de CT-scan gemaakt wordt. De anesthesioloog brengt u onder narcose. Daarna voert de interventieradioloog de ablatie procedure uit. De totale duur van de behandeling is tussen de 1,5 en 3 uur. Na de ablatie wordt u wakker in de röntgenkamer. Vervolgens gaat u naar de uitslaapkamer en daarna gaat u weer terug naar de verpleegafdeling.

Hoe krijgt u de uitslag?

De uitslag van de ablatie bespreken wij met uw behandelend arts. Er wordt ook een

verslag van gemaakt. U krijgt de uitslag te horen van uw behandelend arts. Uw behandelend

arts zal u na de procedure goed in de gaten houden en vervolgafspraken met u maken.

Hoe is de nazorg?

Het is mogelijk dat u na de ingreep pijn in uw buik heeft. In overleg met uw behandelend

arts kunt u hiervoor pijnstillers innemen. In de meeste gevallen kunt u de dag na de

behandeling al naar huis, maar soms is het nodig een paar dagen in het ziekenhuis te blijven.

Wat zijn de complicaties?

Elke medische behandeling kent risico’s en mogelijke complicaties. Voor het onderzoek bespreekt de interventieradioloog deze met u.

Voorbeelden van mogelijke complicaties zijn:

  • Soms doet de plek waar de ablatie is geweest pijn na afloop. Dit kan goed behandeld worden met pijnstillers.
  • Heel soms ontstaat er na de ablatie een bloeding bij de nier. Na de procedure houden wij u goed in de gaten. Als er een bloeding optreedt, dan stopt dit meestal vanzelf. Een heel enkele keer moeten we het bloedende bloedvaatje dichtmaken.
  • Heel soms ontstaat er na de ablatie een ontsteking. Als u koorts krijgt moet u dit melden bij uw behandelend arts. Dan kan de arts bijvoorbeeld antibiotica voorschrijven.

Als u twijfelt, is het altijd verstandig een verpleegkundige of uw behandelend arts te waarschuwen. En mocht u hierover nog vragen hebben, dan kunt u ons deze stellen.

Kunt u niet komen?

Als u niet op uw afspraak kunt komen, neemt u dan zo snel mogelijk contact

op de afdeling radiologie en nucleaire geneeskunde (020 – 444 4200, kiezen voor interventie).

Als u na het lezen van deze tekst nog vragen heeft, neemt u dan contact op met uw

behandelend arts.

Hoe zijn wij bereikbaar?

Wij zijn op werkdagen bereikbaar van 08.00-16.00 uur op de volgende telefoonnummers:

Anesthesiologie: 020 - 4441100

Interventieradiologie (RNG) afsprakenbureau: 020 – 444 4200

(bij spoed buiten kantooruren tel. 020 - 44 444444 en vragen naar dienstdoende radioloog  (locatie de Boelelaan)