Uw kind krijgt een katheter (ook wel centraal veneuze lijn genoemd) voor het ondergaan van hemodialyse, plasmaferese of LDL-aferese. In deze folder leggen we eerst uit wat een katheter is en welke verschillende soorten katheters er zijn. Vervolgens leggen we uit hoe de katheter geplaatst wordt. Tenslotte leggen we uit hoe de katheter verzorgd dient te worden, wat de leefregels zijn en wat u moet doen bij problemen.
Wat is een katheter?
Een katheter is een soepel slangetje dat in een groot bloedvat wordt geplaatst. Een deel van de katheter bevindt zich binnen het lichaam van uw kind en een deel buiten het lichaam. Tijdens de dialyse- of feresebehandeling wordt de katheter aangesloten op de dialyse- of feresemachine.
Er zijn 2 verschillende soorten katheters: ongetunnelde en getunnelde katheters.
Ongetunnelde katheter
De ongetunnelde katheter wordt geplaatst wanneer uw kind acuut of voor een korte periode (enkele weken) moet dialyseren. De ongetunnelde katheter wordt meestal geplaatst in een bloedvat in de hals of in de lies en wordt d.m.v. hechtingen op zijn plaats gehouden.
Getunnelde katheter
De getunnelde katheter wordt geplaatst wanneer uw kind voor een langere periode dialyse of ferese moet ondergaan. De getunnelde katheter wordt geplaatst hoog op de borst, loopt dan eerst een gedeelte onder de huid (dit wordt de “tunnel” genoemd) en gaat dan pas het bloedvat in (onder het sleutelbeen). De getunnelde katheter hecht zich d.m.v. een “cuff” en zit dus niet vast met hechtingen. De “cuff” is een soort bandje om de katheter op het gedeelte dat onder de huid zit en dat vastgroeit aan het omliggende weefsel. Hierdoor is het risico op infecties bij deze katheters lager dan bij ongetunnelde katheters.
Figure 1Ligging en werking katheter
Plaatsen van de katheter
De katheter wordt geplaatst door de kinderchirurg, kinderarts van de Intensive Care of de interventieradioloog. Deze ingreep gebeurt altijd terwijl uw kind onder narcose is. Na het inbrengen van de katheter wordt d.m.v. een röntgenfoto gecontroleerd of de katheter goed zit. Na het plaatsen kan de katheter dezelfde dag nog gebruikt worden voor de dialyse- of feresebehandeling. De eerste dagen na het plaatsen kan de huid rondom de insteekopening van de katheter nog gevoelig zijn. Ook kan de insteekopening nog wat nabloeden. Indien dit gebeurt en uw kind is niet meer opgenomen, dan moet u contact opnemen met de dienstdoende kinderarts.
Verzorging van de katheter
Zowel de insteekplaats van de katheter (ook wel huidpoort genoemd) en katheter zelf moeten regelmatig verzorgd worden. Beide worden gedaan door de dialyseverpleegkundige. De katheter wordt afgeplakt met speciale pleisters. Minimaal 1x per week worden de pleisters vernieuwd en wordt de huidpoort schoongemaakt met een bacteriedodende zalf.
De katheter zelf wordt na iedere behandeling afgesloten met een speciaal antistollingsmiddel. Dit wordt ook wel “het slotje” genoemd. Dit “slotje” zorgt ervoor dat de katheter goed doorgankelijk blijft en voorkomt dat de katheter verstopt raakt. Ook bevat het een middel om infecties te voorkomen. Het slotje wordt voor iedere behandeling eerst uit de katheter verwijderd voordat uw kind wordt aangesloten op de dialyse- of feresemachine.
Ook als de katheter langere periode niet gebruikt wordt, moeten de pleisters en het slotje iedere week vernieuwd worden op de dialyseafdeling.
Leefregels
Om ervoor te zorgen dat de katheter zo lang mogelijk meegaat, gelden de volgende leefregels:
- De katheter mag alleen gebruikt worden voor de dialyse- of feresebehandeling. Bij kinderen die moeilijk te prikken zijn of prikangst hebben wordt soms een uitzondering gemaakt. Echter bloedafnames uit of het aan-/ afsluiten van de katheter mag alléén door dialyseverpleegkundigen gedaan worden.
- Zorg ervoor dat de katheter zo min mogelijk beweegt, dit om irritatie van de insteekopening te voorkomen. Plak deze eventueel extra af of zorg dat uw kind een romper of hemd draagt waardoor de katheter wat dichter tegen het lichaam aan zit. Er bestaan ook speciale fixatiepleisters voor de katheter, u kunt hier naar vragen bij de dialyseverpleegkundige.
- Zorg ervoor dat het de pleisters/het verband niet nat worden, dit om infecties te voorkomen. Uw kind mag dus niet zwemmen of in bad. Zes weken na het inbrengen van een getunnelde katheter mag uw kind, na toestemming van de arts, wel douchen. U krijgt hiervoor nog aparte instructies van de dialyseverpleegkundige.
- Sporten: uw kind mag zeker sporten maar niet alle sporten zijn toegestaan. Uw kind mag geen vechtsport of watersport beoefenen. Twijfelt u of een bepaalde sport wel beoefend mag worden kunt u dit altijd overleggen met de arts.
- Wanneer de pleisters losraken of vuil/nat zijn moeten deze vervangen worden. Dit mag u alleen zelf doen wanneer u hier uitleg over/ toestemming voor hebt gekregen van de dialyseverpleegkundige. Zo niet, dan neemt u contact op met de dialyseafdeling.
Wat te doen bij problemen?
Mijn kind wordt ziek
Neem altijd contact op wanneer uw kind een of meer van de onderstaande klachten heeft:
- Tekenen van infectie zoals koorts (temperatuur >38°C), roodheid/zwelling of pijn rond de katheter, pus bij de insteekplaats, griepachtige verschijnselen of koude rillingen
- Kortademigheid
- Zwelling van hoofd of hals
- Bloed of vocht dat langs de katheter blijft sijpelen
U kunt hiervoor bellen met de dialyseafdeling of buiten openingstijden met de dienstdoende kinderarts (zie onderstaand onder “Contact” voor openingstijden en telefoonnummers).
De katheter raakt los of wordt langer
Wanneer de katheter helemaal los is geraakt en uit het bloedvat is, legt u uw kind direct neer en drukt u 30 minuten lang met een steriel gaas of schone doek de insteekplaats dicht. Plak daarna de insteekplaats steriel af en bel direct de dialyseafdeling of de dienstdoende kinderarts (zie onderstaand onder “Contact” voor openingstijden en telefoonnummers).
Wanneer u merkt dat de katheter los zit, de cuff zichtbaar wordt of het gedeelte van de katheter dat buiten het lichaam zit langer wordt neem dan ook direct contact op met de dialyseafdeling of de dienstdoende kinderarts (zie onderstaand onder “Contact” voor openingstijden en telefoonnummers). Duw de katheter nooit zelf terug, dit kan infecties veroorzaken.
De katheter raakt verstopt
Het kan gebeuren dat de katheter verstopt raakt, hier merkt uw kind niets van. Wanneer bij de dialyse- of feresebehandeling blijkt dat de katheter niet of niet goed doorgankelijk is zal eerst d.m.v. een speciaal ontstollingsmiddel geprobeerd worden om de lijn weer doorgankelijk te krijgen.
Wilt u meer weten?
Het Emma kinderziekenhuis voert de dialyse- of feresebehandeling uit samen met Dianet, expertisecentrum voor dialysezorg.
Op www.dianet.nl vindt u meer informatie over dialyse.
Op www.nieren.nl vindt u meer informatie over de nieren en nierziekten.
Contact
Op zondag t/m vrijdag 7.30 – 20.00 uur, zaterdag 7.30 – 16.00 uur kunt u contact opnemen met de afdeling hemodialyse via tel.nr 020-5662508 of 020-5662066.
Buiten deze tijden belt u naar de telefooncentrale van Amsterdam UMC, locatie AMC (020-5669111) en vraagt u naar de dienstdoende kinderarts.
Bron: deze folder is gebaseerd op de patientenfolder van Dianet: Dialyseren met een katheter