In deze folder vindt u informatie over de algemene gang van zaken rondom uw ingreep. Afhankelijk van uw situatie kan er afgeweken worden van de in de folder besproken procedures. Voor specifieke vragen over uw eigen situatie kunt u het beste contact opnemen met uw cardioloog.

Wat is een ASD of PFO?

Het ASD of PFO is een aangeboren opening in het tussenschot van de boezems in het hart. Er vermengt zich zuurstofrijk bloed uit de linkerboezem met zuurstofarm bloed uit de rechterboezem. Daarbij stroomt het bloed van de linker- naar de rechter boezem of van de rechter- naar de linkerboezem.

Klachten kunnen zijn:

  • Kortademigheid en vermoeidheid
  • Verminderd inspanningsvermogen
  • Hartritmestoornissen
  • Hartkloppingen
  • Chronische luchtweginfecties
  • Heel soms kan er een bloedvat verstopt raken door dat een klein stolsel ontstaat elders in het lichaam dat door ASD of PFO kan gaan. Dat heet een embolie. Indien deze embolie via de bloedbaan richting het hoofd gaat, kan er een herseninfarct optreden.

Behandeling

Een ASD of PFO kan door middel van een katheterisatie gesloten worden met een zogenaamd parapluutje. Er zijn verschillende soorten parapluutjes. Welk type bij u wordt gebruikt, is afhankelijk van de grootte en de soort aangeboren opening. Bij de katheterisatie schuift de arts een dun slangetje (de katheter) met daarin het parapluutje vanuit een ader in uw lies naar uw hart. Het parapluutje bestaat uit twee delen. De arts opent het eerste deel in de linkerboezem, en plaatst het parapluutje over het gaatje. Daarna opent hij het tweede deel van het parapluutje in de rechterboezem. De opening is dan afgesloten. Het parapluutje blijft uw hele leven zitten. Er groeit vanzelf weer lichaamsweefsel overheen.

Vooraf aan de opname

De ingreep vindt plaats onder algehele narcose, dit betekent dat de ingreep wordt uitgevoerd terwijl u slaapt. Vooraf aan de opname zal u op de polikliniek worden gezien door de anesthesist. Deze zal verschillende vragen stellen naar aanleiding van een door u vooraf ingevulde vragenlijst. Zodoende kan de anesthesist eventuele risico’s met betrekking tot de narcose beter inschatten.

Opname

U wordt opgenomen op de afdeling Hartziekten. De procedure vindt of op dezelfde dag plaats of een dag later. De verpleegkundige voert met u een opnamegesprek waarin met u wordt besproken wat u kunt verwachten. Er worden controles uitgevoerd, er wordt een infuusnaald ingebracht en bloed afgenomen. De liezen worden geschoren. De zaalarts komt bij u langs om uit te leggen hoe de ingreep plaatsvindt en bespreekt met u nogmaals de eventuele risico’s en complicaties. Natuurlijk kunt u ook al uw vragen stellen over de ingreep.

U krijgt (nieuwe) medicijnen tegen bloedstolsels: Ascal® en Clopidogrel. U krijgt eerst een oplaaddosis en nadien moet u beide medicijnen 1x per dag tot 6 maanden na de ingreep gebruiken. Als u een van deze medicijnen al in gebruik heeft, is de oplaaddosis voor u niet van toepassing. Indien u al Sintrom® of Marcoumar® gebruikt, zal de cardioloog het gebruik hiervan met u bespreken.

Vlak voor de ingreep vraagt de verpleegkundige u een operatiepak aan te trekken. U doet uw sieraden af en neemt uw eventuele kunstgebit uit. Ook raden wij u aan om nog even naar het toilet te gaan.

Behandeling

De behandeling vindt plaats op de afdeling Hartkatheterisatie en duurt ongeveer 1 uur. U wordt hier in uw bed naartoe gebracht. Daar stapt u over op de behandeltafel. De behandeling wordt uitgevoerd door de cardioloog samen met een echo-cardioloog. De behandeling vindt plaats onder algehele narcose.

Weer terug op de afdeling

Terug op de afdeling maakt de verpleegkundige nog een hartfilm bij u. Ook houdt zij uw bloeddruk, pols, temperatuur en het wondje in uw lies goed in de gaten. U moet na de ingreep 4 uur in bed blijven. Als u niet misselijk bent en het drinken goed gaat, mag u ook weer eten.

Complicaties

Aan de meeste medische ingrepen zijn risico’s verbonden. De risico’s zijn per patient en per ingreep verschillend. De risico’s voor u worden op de polikliniek en door de afdelingsarts met u besproken.

Na de ingreep

Na de ingreep wordt er een echo gemaakt van uw hart en uw infuusnaald verwijderd. Ook worden er nog een hartfilm en foto van uw borstkas gemaakt. De cardioloog beoordeelt de uitslagen en beslist of u naar huis mag.

Indien u wordt behandeld voor een PFO gaat u dezelfde dag met ontslag, indien u wordt behandeld voor een ASD gaat u de volgende dag met ontslag. Uw cardioloog zal vooraf op de polikliniek met u bespreken of u behandeld gaat worden voor een PFO of ASD.

U krijgt van ons een aantal zaken mee naar huis:

  • Afspraken
  • Recept voor Ascal® of Sintrom/Marcoumar®

Weer thuis

Wij adviseren u de eerste dag na uw thuiskomst niet te veel te lopen. Kleine stukjes in en om het huis zijn geen probleem, maar vermijd langere afstanden. Probeert u het traplopen zoveel mogelijk te beperken. Als u de trap oploopt, zet dan eerst het ‘goede’ been neer en trek vervolgens het ‘aangeprikte’ been bij. Vanaf de tweede dag kunt u weer douchen en een bad nemen. Door de ingreep kunt u zich de eerste week thuis wat moe voelen. De dagelijkse activiteiten die u uitvoerde vóór de behandeling, kunt u meestal de derde dag na de ingreep weer oppakken. De eerste drie dagen kunt u echter beter zelf niet autorijden, fietsen en werken. Wij adviseren u pas een week na ontslag weer met sporten en/of zware lichamelijke arbeid te beginnen. U kunt vanaf de derde dag na de ingreep gewoon weer seksueel contact hebben. Dit is absoluut ongevaarlijk.

Wanneer een arts waarschuwen

Uw lies kan wat dik en blauw zijn. Hierover hoeft u zich niet ongerust te maken. Het is ook mogelijk dat er een paar druppels bloed lekken uit de plek in uw lies waar u bent geprikt. Dit is een onschuldig verschijnsel. Neem wel onmiddellijk contact op met uw huisarts of de dienstdoende cardioloog of ziekenhuis of bel 112 wanneer:

  • Er bloed uit uw lies pompt of golft. Dit kan namelijk wijzen op een slagaderlijke bloeding. Raak niet in paniek, maar druk met uw vingers de slagader in uw lies dicht of laat dit doen door een huisgenoot.
  • Uw lies opzwelt. De lies is dan pijnlijk en dik (u moet daarbij denken aan het formaat van een sinaasappel).

Controle

Zes weken na de ingreep vindt er een eerste controle plaats bij één van de cardiologen van Amsterdam UMC, lokatie AMC of CCNAMC. Na behandeling van het PFO zal dit telefonisch zijn, na behandeling van het ASD zal dit een fysieke afspraak op de polikliniek zijn. Tijdens de eerste controle zullen de verdere controles met u worden besproken.

Tot 6 maanden na de ingreep

Als u in de eerste zes maanden na uw operatie een niet-steriele ingreep ondergaat, dan moet u tijdelijk antibiotica gebruiken om infecties te voorkómen. Een niet-steriele ingreep is bijvoorbeeld een ingreep bij de tandarts of mondhygiëniste of een kleine chirurgische ingreep. Meer informatie hierover krijgt u van de cardioloog.

Vragen

Mochten er vragen of problemen zijn kunt u na ontslag contact opnemen met de verpleegafdeling Cardiologie of met de polikliniek Cardiologie.

Telefoonnummer polikliniek Cardiologie: 020 - 566 3794

Telefoon verpleegafdeling Cardiologie: 020 - 566 5777